De baansport is één van de oudste vormen van de wielersport. In eerste instantie waren de wegen in veel landen niet geweldig, waardoor wegwedstrijden in een bepaalde periode zelfs verboden waren. Om die reden werden er op talloze locaties wielerbanen gebouwd.
De geschiedenis van het baanwielrennen voert ongeveer terug naar het begin van de vorige eeuw. De eerste wereldkampioenschappen werden in 1893 gehouden in het Amerikaanse Chicago. Vanaf 1900 is de organisatie van de wereldkampioenschappen in handen van de UCI. Tot op heden werd er elk jaar een kampioenschap gehouden, met uitzondering van 1915-1919 (Eerste Wereldoorlog) en 1940-1945 (Tweede Wereldoorlog).
Ook diverse coureurs uit West-Brabant wisten goede resultaten te behalen in het baanwielrennen. Onder andere Wim van Est en Wout Wagtmans en later René Pijnen veroverden diverse Nederlandse en Europese titels op de baan.
Het is maar weinig wielrenners gegeven om te stoppen op het hoogtepunt van hun carrière. Baansprinter Toine Mazairac (24 mei 1901) uit Roosendaal deed dat wel. Hij werd in 1929 in Zürich wereldkampioen op de sprint bij de amateurs en hangt vervolgens zijn fiets aan de wilgen.
Lees verder
Wim van Est uit Fijnaart (25 maart 1923) kroonde zich in 1949 als eerstejaars prof in het Olympisch Stadion in Amsterdam voor de eerste keer tot Nederlands kampioen op het onderdeel achtervolging over 5 kilometer.
Lees verderDe erelijst van René Pijnen (3 september 1946) uit Bergen op Zoom telt een groot aantal Nederlandse en Europese titels op de baan. Daarnaast werd Pijnen in 1968 samen met Joop Zoetemelk, Fedor den Hertog en Jan Krekels in Mexico Olympisch kampioen op de ploegentijdrit.
Lees verder